woensdag 16 juni 2010


SPIEGELNEURONEN
Ik ben gek op wetenschappelijke feitjes op het gebied van de psyche. De meeste haal ik uit mijn lijfblad Psychologie Magazine. Geef mij een Psychologie en ik ben volmaakt gelukkig. Denk overigens niet dat ik een wandelende encyclopedie op dit gebied ben, want na een korte opleving (‘wat een grandioze ontdekking!’) ben ik de meeste wetenswaardigheden doorgaans vrij snel weer vergeten. Maar eens in de zoveel tijd lees je iets dat je niet snel vergeet. Iets dat je wilt delen. En dat is nu het geval. Lees, huiver – en vertel vooral verder!

We schrijven 1991. In een Italiaans laboratorium werd onderzoek gedaan naar het brein van een aap. De hamvraag was: welke hersencellen worden geactiveerd als een aap zijn handen gebruikt om iets op te pakken? En zoals het met vele grote ontdekkingen gaat, kwamen de onderzoekers onverwacht en toevallig iets totaal nieuws op het spoor. Want wat bleek: de hersencellen van de aap die verantwoordelijk zijn voor beweging, werden al actief toen een onderzoeker iets oppakte. De ontdekking van de spiegelneuronen, zoals deze later genoemd werden, was een feit en het onderzoek verplaatste zich razendsnel naar de menselijke hersenen. De onderzoeker Vittorio Gallese legt in Psychologie Magazine uit wat er zo bijzonder is aan spiegelneuronen: "Voor uw brein maakt het niet uit of u zelf een kopje koffie pakt, of dat u iemand anders dat ziet doen. Hetzelfde gebied in de hersenen wordt geactiveerd." Uw spiegelneuronen zorgen er dus voor dat gapen zo besmettelijk is en dat u ineenkrimpt als u ziet dat een ander een schop krijgt. Sterker nog: ze vormen de basis van onze sociale interactie en van empathie, omdat ze ons helpen om de bedoelingen van anderen snel te doorgronden en te interpreteren.

Tot zover vond ik het artikel ‘gewoon interessant’. Maar op de laatste pagina kwam er een onverwachte climax in het verhaal. Meteen na het lezen hiervan stopte ik de Psychologie in m’n werktas zodat ik ‘mijn’ interessante ontdekking meteen kon delen met mijn collega’s. Het blijkt namelijk zo te zijn, dat we zijn gemaakt voor echte interactie; live contact met elkaar. Dan reageren onze spiegelneuronen heftiger, dan wanneer we contact via videochat zouden hebben. En dat betekent weer (en nu komt het!), dat we bij een voorstelling in het theater meer emotie beleven, dan wanneer we hetzelfde verhaal op een bioscoopscherm of op tv zouden zien. Ik had het zelf al ervaren, maar ik blijk niet gek; het is wetenschappelijk bewezen dat een theaterbezoek een intensere ervaring oplevert dan een bezoek aan de bioscoop!

(Het betreffende artikel kunt u vinden in het Psychologie Magazine van deze maand.)

Marieke van Duin, medewerker Educatie

Geen opmerkingen:

Een reactie posten